In een klein netwerk kun je elk apparaat handmatig met de juiste IPInternet Protocol Het internetprotocol is een netwerkprotocol waarmee computers met elkaar kunnen communiceren, zoals op het internet.-adressering configureren. Je zou een uniek IP-adres toewijzen aan elke host binnen hetzelfde netwerk. Dit staat bekend als statische IP-adressering.
Op een Windows-computer, zoals in de afbeelding te zien is, kun je de volgende IPv4-adresconfiguratie-informatie aan een host toewijzen:
- IP-adres – identificeert dit apparaat op het netwerk
- Subnetmasker – wordt gebruikt om het netwerk te identificeren waarop dit apparaat is aangesloten
- Default gateway – identificeert de routerRouter Een netwerkapparaat dat datapackets tussen netwerken doorstuurt. Routers gebruiken IP-adressen om het dataverkeer naar andere netwerken door te sturen, te routeren. die dit apparaat gebruikt om toegang te krijgen tot internetInternet Een netwerk dat bedrijfsnetwerken, individuele gebruikers en ISP's combineert in één wereldwijd IP-netwerk. of een ander netwerk
- Optionele waarden – zoals het gewenste DNSDomain Name System Een internet breed systeem waarbij een hiërarchische set DNS-servers alle naam-naar-IP-adrestoewijzingen bevatten en DNS-servers die gebruikers doorverwijzen naar de juiste DNS-server om een DNS-naam met succes naar een IP-adres om te zetten.-serveradres (Domain Name SystemDomain Name System Een internet breed systeem waarbij een hiërarchische set DNS-servers alle naam-naar-IP-adrestoewijzingen bevatten en DNS-servers die gebruikers doorverwijzen naar de juiste DNS-server om een DNS-naam met succes naar een IP-adres om te zetten.) en het alternatieve DNS-serveradres
Soortgelijke configuratie-informatie bestaat ook voor IPv6-adressering.
